In principe is het leggen van vloerverwarming zelf te doen. Het is wel een heel karwij, dus als u geen kennis van zaken hebt valt het niet aan te raden. Bovendien is de kans op fouten groot. Water is erg dun en de buizen zijn niet gemakkelijk te benaderen. Bij een lekkage zal de vloer opengebroken moeten worden, waarmee alle kosten die door het zelf klussen zijn bespaard teniet gedaan worden.
Legpatronen
Er zijn in principe twee legpatronen voor de buizen van de vloerverwarming. De eerste is het meander legpatroon, en de andere het slakkenhuis legpatroon.
De meander variant wordt vaak gebruikt als de vloerverwarming aan een koude kant grenst, bijvoorbeeld bij grote ramen. De warmteafgifte bij een meander legpatroon is in het begin hoger, als dit bij de ramen wordt geplaatst dan wordt de ergste kou dus direct al weggenomen, waardoor het ook dicht bij de ramen behaaglijk warm zal worden.
De andere variant is het slakkenhuis patroon, waarbij de aan- en afvoer telkens naast elkaar komen te liggen. Het voordeel hiervan is dat de warmte veel gelijkmatiger verdeeld zal worden doordat er telkens afwisselend warmere (aanvoer) en koudere (afvoer) leidingen naast elkaar liggen. Het lastige aan dit patroon is echter dat het moeilijk is om vooraf te berekenen hoeveel meter buizen er nodig zijn.
Aanbrengen van de buizen
De verwarmingsbuizen kunnen op diverse manieren op de vloer worden gemonteerd. De eenvoudigste methode is het gebruik van profielplaten. Met profielplaten worden de buizen simpel vastgeklikt en zitten ze vast. Vervolgens kan worden getest of het systeem lekdicht is, waarna de buizen eventueel zijn los te klikken en de situatie gewijzigd kan worden.
Andere veelgebruikte methoden zijn het gebruik van draadstaalmatten, het rechtstreeks op de betonvloer aanbrengen van de buizen of het frezen van sleuven.